Land: Nederland
Taal: Nederlands
Bron: CBG-MEB (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen)
DINATRIUMCROMOGLICAAT 20 mg/ml SAMENSTELLING overeenkomend met ; CROMOGLYCINEZUUR 18,3 mg/ml
Brown & Burk IR Limited 22 Northumberland Road, Ballsbridge DUBLIN 4 (IERLAND)
A07EB01
DINATRIUMCROMOGLICAAT 20 mg/ml SAMENSTELLING overeenkomend met ; CROMOGLYCINEZUUR 18,3 mg/ml
Drank
STIKSTOF (E 941) ; WATER VOOR INJECTIE
Oraal gebruik
Cromoglicic Acid
1900-01-01
BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER NATRIUMCROMOGLICAAT BB 100 MG, DRANK Natriumcromoglicaat LEES GOED DE HELE BIJSLUITER VOORDAT U DIT GENEESMIDDEL GAAT GEBRUIKEN WANT ER STAAT BELANGRIJKE INFORMATIE IN VOOR U. • Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig. • Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. • Geef dit geneesmiddel niet door aan anderen, want het is alleen aan u voorgeschreven. Het kan schadelijk zijn voor anderen, ook al hebben zij dezelfde klachten als u. • Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. INHOUD VAN DEZE BIJSLUITER: 1. Wat is Natriumcromoglicaat BB en waarvoor wordt dit middel gebruikt? 2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn? 3. Hoe gebruikt u dit middel? 4. Mogelijke bijwerkingen 5. Hoe bewaart u dit middel? 6. Inhoud van de verpakking en overige informatie 1. WAT IS NATRIUMCROMOGLICAAT BB EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT? Natriumcromoglicaat BB bevat de werkzame stof natriumcromoglicaat, die tot een groep geneesmiddelen behoort die ook wel ontstekingsremmers of anti-allergie middelen worden genoemd. Bijnierschorshormonen (corticosteroïden) behoren tot een andere groep geneesmiddelen. Het eten van bepaalde soorten voedsel kan allergische reacties veroorzaken. Tijdens deze allergische reactie komen stoffen uit mestcellen (een bepaalde soort witte bloedcellen) vrij die een ontstekingsreactie in uw maag of darmen kunnen veroorzaken. Het vrijkomen van deze stoffen kan leiden tot verschijnselen zoals misselijkheid, buikpijn, diarree, benauwdheid, neusallergie, huiduitslag, galbulten of eczeem. Natriumcromoglicaat is een middel dat het vrijkomen van deze stoffen remt. Natriumcromoglicaat wordt door uw arts voorgeschreven om allergische verschijnselen te voorkomen die worden veroorzaakt door ingrediënten van voedsel die niet altijd vermeden kunnen worden. 2. WANN Lees het volledige document
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1 NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Natriumcromoglicaat BB 100 mg, drank 2 KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke 5 ml ampul drank bevat 100 mg natriumchromoglicaat Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. 3 FARMACEUTISCHE VORM Drank Heldere kleurloze oplossing. Vrij van zichtbare deeltjes. 4 KLINISCHE GEGEVENS 4.1 THERAPEUTISCHE INDICATIES Profylactische behandeling van allergische verschijnselen veroorzaakt door bestanddelen van de voeding, indien deze bestanddelen niet vermeden kunnen worden. 4.2 DOSERING EN WIJZE VAN TOEDIENING Dosering De optimale dosering dient voor iedere patiënt individueel bepaald te worden. De voorgeschreven dosering dient 15 minuten vóór de maaltijd te worden ingenomen. Bij een viermaal daagse dosering dient voor elke maaltijd een dosis te worden ingenomen (3 keer) en één dosis voor het slapen gaan. Volwassenen: Drink de inhoud van 2 ampullen van 5 ml (200 mg) viermaal daags. Pediatrische patiënten: Drink de inhoud van een ampul van 5 ml (100 mg) viermaal daags. Er zijn onvoldoende gegevens om de potentiële schadelijkheid van het gebruik van natriumcromoglicaat bij kinderen jonger dan 2 jaar te beoordelen . Als het gewenste resultaat binnen 2-3 weken niet is bereikt mag de dosis verhoogd worden tot maximaal 40 mg/kg/dag. Tracht de dosis te verlagen wanneer het gewenste resultaat werd bereikt. Als de verschijnselen van voedselallergie al optreden in de mond dient te worden aanbevolen de mond te spoelen met de drank voor deze in te slikken. Wijze van toediening Oraal gebruik 4.3 CONTRA-INDICATIES Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor de in rubriek 6.1 vermelde hulpstof. 4.4 BIJZONDERE WAARSCHUWINGEN EN VOORZORGEN BIJ GEBRUIK Niet te gebruiken bij patiënten met medische voorgeschiedenis van anafylactische shock of andere levensbedreigende reacties aan voedingsmiddelen. 4.5 INTERACTIE MET ANDERE GENEESMIDDELEN EN ANDERE VORMEN VAN INTERACTIE Er is geen onderzoek naar interacties uitgevoerd 4.6 VRUCHTBAARHEID, ZWANGERS Lees het volledige document