দেশ: নেদারল্যান্ডস
ভাষা: ডাচ
সূত্র: CBG-MEB (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen)
CALCIUMCHLORIDE 2-WATER (E 509) 0,22 g/l SAMENSTELLING overeenkomend met ; CALCIUMCHLORIDE 0-WATER (E 509) 0,165 g/l ; GLUCOSE 1-WATER 2,2 g/l SAMENSTELLING overeenkomend met ; GLUCOSE 0-WATER 2 g/l ; KALIUMCHLORIDE (E 508) 0,11 g/l ; MAGNESIUMCHLORIDE 6-WATER (E 511) 0,1 g/l SAMENSTELLING overeenkomend met ; MAGNESIUMCHLORIDE 0-WATER (E 511) 0,047 g/l ; NATRIUMCHLORIDE 5,73 g/l ; NATRIUMLACTAAT (R,S) (E 325) 4,69 g/l ; SAMENSTELLING overeenkomend met CALCIUM (Ca2+) 1,5 mmol/l ; CHLORIDE (CL-) 103,5 mmol/l ; GLUCOSE 0-WATER 11,1 mmol/l ; KALIUM (K+) 1,5 mmol/l ; LACTAAT (R,S) (-) 42 mmol/l ; MAGNESIUM (MG2+) 0,5 mmol/l ; NATRIUM (NA+) 140 mmol/l
Dirinco BV Ketelmeer 1 5347 JX OSS
B05BB01
CALCIUMCHLORIDE 2-WATER (E 509) 0,22 g/l SAMENSTELLING overeenkomend met ; CALCIUMCHLORIDE 0-WATER (E 509) 0,165 g/l ; GLUCOSE 1-WATER 2,2 g/l SAMENSTELLING overeenkomend met ; GLUCOSE 0-WATER 2 g/l ; KALIUMCHLORIDE (E 508) 0,11 g/l ; MAGNESIUMCHLORIDE 6-WATER (E 511) 0,1 g/l SAMENSTELLING overeenkomend met ; MAGNESIUMCHLORIDE 0-WATER (E 511) 0,047 g/l ; NATRIUMCHLORIDE 5,73 g/l ; NATRIUMLACTAAT (R,S) (E 325) 4,69 g/l ; SAMENSTELLING overeenkomend met CALCIUM (Ca2+) 1,5 mmol/l ; CHLORIDE (CL-) 103,5 mmol/l ; GLUCOSE 0-WATER 11,1 mmol/l ; KALIUM (K+) 1,5 mmol/l ; LACTAAT (R,S) (-) 42 mmol/l ; MAGNESIUM (MG2+) 0,5 mmol/l ; NATRIUM (NA+) 140 mmol/l
Oplossing voor infusie
WATER VOOR INJECTIE,
Intraveneus gebruik
Electrolytes
Hulpstoffen: WATER VOOR INJECTIE;
1900-01-01
BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT SUBSTITUTIEOPLOSSING VOOR HEMOFILTRATIE BH 504, INFUSIEVLOEISTOF Natriumchloride, kaliumchloride, calciumchloride, magnesiumchloride, natriumlactaat, glucose- monohydraat LEES GOED DE HELE BIJSLUITER VOORDAT U DIT GENEESMIDDEL GAAT GEBRUIKEN WANT ER STAAT BELANGRIJKE INFORMATIE IN VOOR U. - Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig. - Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw arts, of apotheker of verpleegkundige. - Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts, apotheker of verpleegkundige. INHOUD VAN DEZE BIJSLUITER 1. Wat is Substitutieoplossing voor Hemofiltratie BH 504 en waarvoor wordt dit middel gebruikt? 2. Wanneer mag u dit middel niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn? 3. Hoe gebruikt u dit middel? 4. Mogelijke bijwerkingen 5. Hoe bewaart u dit middel? 6. Inhoud van de verpakking en overige informatie 1. WAT IS SUBSTITUTIEOPLOSSING VOOR HEMOFILTRATIE BH 504 EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT? Infusievloeistof. Dit is een oplossing voor infusie in een ader, waarin zouten (mineralen) en suiker (glucose) zijn opgelost. Substitutieoplossing voor hemofiltratie wordt toegepast ter aanvulling van bloedplasma, dat verloren is gegaan tijdens hemofiltratie (het zg.”spoelen” van het bloed). 2. WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN OF MOET U ER EXTRA VOORZICHTIG MEE ZIJN? WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN? U bent allergisch voor een van de stoffen in dit geneesmiddel. Deze stoffen kunt u vinden in rubriek 6. U mag dit middel niet toegediend krijgen als u lijdt aan een van de volgende aandoeningen: - Onvoldoende hartwerking (ernstige hartinsufficiëntie) - Niet goed functionerende lever - „Zuurvergiftiging“ met een verhoogd lactaatgehalte in het bloed en een verlaagde zuurtegraad - Grote kans op bloedingen, met name in de hersenen - De bloedvaten zijn onvoldoende toegankelijk - Antistolling is noodzakelij সম্পূর্ণ নথি পড়ুন
- 1 - SAMENVATTING VAN DE KENMERKEN VAN HET PRODUCT 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL Substitutieoplossing voor Hemofiltratie BH 504, infusievloeistof 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING 1000 ml bevat: Werkzame bestanddelen: BH 504 Natriumchloride E.P. 5,73 g Kaliumchloride E.P. 0,11 g Calciumchloride.2H 2 O E.P. 0,22 g Magnesiumchloride.6H 2 O E.P. 0,10 g Natriumlactaat E.P. 4,69 g Glucose monohydraat E.P. 2,20 g Osmolariteit (mOsmol/l) 300 Overeenkomend met per liter BH 504 Na + 140 mmol (140 meq) K + 1,5 mmol (1,5 meq) Ca ++ 1,5 mmol (3 meq) Mg ++ 0,5 mmol (1 meq) Cl - 103,5 mmol (103,5 meq) Lactaat - 42 mmol (42 meq) Glucose 11,1 mmol 3. FARMACEUTISCHE VORM Infusievloeistof 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1. THERAPEUTISCHE INDICATIES Alle vormen van hemofiltratie ter vervanging van het bloedplasma dat verwijderd wordt gedurende de behandeling. 4.2. DOSERING EN WIJZE VAN TOEDIENING Toediening en dosering zijn afhankelijk van de gebruikte methode en techniek bij hemo- filtratie. De keuze van de hemofiltratievloeistof dient onder medische supervisie te staan en overeen te stemmen met de individuele behoeften van de patiënt. Het bloed kan verdund worden zowel vóórdat het hemofilter wordt gepasseerd (predilutie), als nadat dit is gebeurd (postdilutie). Afhankelijk van de gekozen methode en de indicatie kan het voorgeschreven volume variëren van 10 tot 30 liter per sessie. De hemofiltratievloeistof dient vóór het gebruik te worden verwarmd tot lichaams- temperatuur. Hierbij kunnen als gevolg van ontgassing gasbelletjes in de oplossing ontstaan. - 2 - Vloeistofbalans, serumglucose, serumnatrium en andere elektrolyten moeten wellicht worden gecontroleerd voor en tijdens toediening, met name bij patiënten met een verhoogde niet-osmotische afgifte van vasopressine (antidiuretisch hormoon- secretiedeficiëntiesyndroom, SIADH) en bij patiënten die gelijktijdig worden behandeld met vasopressine-agonisten vanwege het risico op hyponatriëmie. Controle van serumnatrium is vooral belangrijk voor fysiologisch hypotone v সম্পূর্ণ নথি পড়ুন