Land: Nederland
Taal: Nederlands
Bron: CBG-MEB (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen)
CHOLECALCIFEROL; CYANOCOBALAMINE; NATRIUMPANTOTHENAAT; NICOTINAMIDE; RETINOLACETAAT; RIBOFLAVINE NATRIUMFOSFAAT 0-WATER; THIAMINEHYDROCHLORIDE; TOCOFEROL, DL-ALFA ACETAAT
Aesculaap Groothandel B.V.
QA11BA
CHOLECALCIFEROL; CYANOCOBALAMIN; NATRIUMPANTOTHENAAT; NICOTINAMIDE; RETINOLACETAAT; RIBOFLAVIN SODIUM PHOSPHATE 0-WATER; THIAMINEHYDROCHLORIDE; TOCOPHEROL, DL-ALPHA ACETATE
Oplossing voor injectie
CHOLECALCIFEROL 25000 IE/ml; CYANOCOBALAMINE 20 µg/ml; NATRIUMPANTOTHENAAT 2,8 mg/ml; NICOTINAMIDE 10 mg/ml; RETINOLACETAAT 25000 IE/ml; RIBOFLAVINE NATRIUMFOSFAAT 0-WATER 0,7 mg/ml; THIAMINEHYDROCHLORIDE 10 mg/ml; TOCOFEROL, DL-ALFA ACETAAT 5 mg/ml,
Intramusculair gebruik, Subcutaan gebruik
Uitsluitend verkrijgbaar bij een dierenarts of op recept van een dierenarts bij een apotheek
Katten; Nertsen; Paarden; Runderen; Schapen; Varkens
Multivitamines, plain
Wachttermijn: Paarden Vlees 224 dagen; Runderen Melk 5 dagen; Runderen Vlees 259 dagen; Schapen Melk 5 dagen; Schapen Vlees 182 dagen; Varkens Vlees 215 dagen
Nationaal
1992-01-22
BD/2023/REG NL 1275/zaak 1000996 1 / 17 BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN BD/2023/REG NL 1275/zaak 1000996 2 / 17 1. NAAM VAN HET DIERGENEESMIDDEL AESCAVIT oplossing voor injectie 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Per ml: WERKZAME BESTANDDELEN: Retinolacetaat 25.000 IE Cholecalciferol 25.000 IE Alfa-tocoferolacetaat 5,0 mg Thiamine-hydrochloride 10,0 mg Riboflavinenatriumfosfaat 0,7 mg Cyanocobalamine 20,0 microgram Nicotinamide 10,0 mg Natriumpantothenaat 2,8 mg HULPSTOFFEN: Propyleenglycol (E1520) 50,0 mg Methyl-4-hydroxybenzoaat (E218) 1,0 mg Propyl-4-hydroxybenzoaat (E216) 0,1 mg Zie rubriek 6.1 voor de volledige lijst van hulpstoffen. 3. FARMACEUTISCHE VORM Oplossing voor injectie. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 DOELDIERSOORTEN Paard, rund, varken, schaap, kat, nerts 4.2 INDICATIES VOOR GEBRUIK MET SPECIFICATIE VAN DE DOELDIERSOORTEN Vitaminegebrek. 4.3 CONTRA-INDICATIES Niet gebruiken bij voedselproducerende dieren met voldoende aanvoer van vitamine A vanwege de mogelijkheid van accumulatie in eetbare weefsels. 4.4 SPECIALE WAARSCHUWINGEN VOOR ELKE DIERSOORT WAARVOOR HET DIERGENEESMIDDEL BESTEMD IS Geen. BD/2023/REG NL 1275/zaak 1000996 3 / 17 4.5 SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GEBRUIK Speciale voorzorgsmaatregelen voor gebruik bij dieren Niet van toepassing. Speciale voorzorgsmaatregelen te nemen door de persoon die het diergeneesmiddel aan de dieren toedient In geval van accidentele zelfinjectie kan een risico op hypervitaminose met betrekking tot vitamine A niet worden uitgesloten. Daarom moet toediening met grote voorzichtigheid plaatsvinden. In geval van accidentele zelfinjectie dient onmiddellijk een arts te worden geraadpleegd en de bijsluiter of het etiket te worden getoond. Uit onderzoek met vitamine A bij laboratoriumdieren zijn aanwijzingen voor teratogene effecten gebleken. Daarom mag dit diergeneesmiddel niet worden toegediend door zwangere vrouwen. 4.6 BIJWERKINGEN (FREQUENTIE EN ERNST) Geen bekend. 4.7 GEBRUIK TIJDENS DRACHT, LACTATIE OF LEG De veiligheid van het dierg Lees het volledige document