Land: België
Taal: Nederlands
Bron: AFMPS (Agence Fédérale des Médicaments et des Produits de Santé)
Dipyridamol 200 mg; Acetylsalicylzuur 25 mg
Boehringer Ingelheim SComm-CommV
B01AC30
Dipyridamole; Acetylsalicylic Acid
Capsule met gereguleerde afgifte, hard
Dipyridamol 200 mg; Acetylsalicylzuur 25 mg
Oraal gebruik
Combinations
CTI-code: 192437-01 - De grootte van de verpakking: 60 - Commercialisering status: NO - MKZ-code: 04048846015259 - CNK-code: 1389303 - Levering wijze: Vrije aflevering
Gecommercialiseerd: Nee
1998-06-08
BIJSLUITER (31.05.2018) (CCDS 0010-09) BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIKER AGGRENOX 200MG/25MG CAPSULES MET GEREGULEERDE AFGIFTE, HARD DIPYRIDAMOL EN ACETYLSALICYLZUUR LEES GOED DE HELE BIJSLUITER VOORDAT U DIT GENEESMIDDEL GAAT GEBRUIKEN WANT ER STAAT BELANGRIJKE INFORMATIE IN VOOR U. Gebruik dit geneesmiddel altijd precies zoals beschreven in deze bijsluiter of zoals uw arts of apotheker u dat heeft verteld. - Bewaar deze bijsluiter. Misschien heeft u hem later weer nodig. - Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met uw apotheker. - Krijgt u last van een van de bijwerkingen die in rubriek 4 staan? Of krijgt u een bijwerking die niet in deze bijsluiter staat? Neem dan contact op met uw arts of apotheker. - Wordt uw klacht niet minder, of wordt hij zelfs erger? Neem dan contact op met uw arts. INHOUD VAN DEZE BIJSLUITER: 1. Wat is Aggrenox en waarvoor wordt dit middel gebruikt? 2. Wanneer mag u Aggrenox niet gebruiken of moet u er extra voorzichtig mee zijn? 3. Hoe neemt u dit middel in? 4. Mogelijke bijwerkingen 5. Hoe bewaart u dit middel? 6. Inhoud van de verpakking en overige informatie 1. WAT IS AGGRENOX EN WAARVOOR WORDT DIT MIDDEL GEBRUIKT? De werkzame stoffen van Aggrenox zijn dipyridamol en acetylsalicylzuur, stoffen die de bloedstolling beperken (plaatjesaggregatieremmer/antitromboticum). Aggrenox wordt gebruikt ter voorkoming van een nieuwe hersenberoerte. 2. WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET INNEMEN OF MOET U ER EXTRA VOORZICHTIG MEE ZIJN? WANNEER MAG U DIT MIDDEL NIET GEBRUIKEN? - Indien u allergisch bent voor dipyridamol, acetylsalicylzuur of aan een van de andere bestanddelen van dit geneesmiddel vermeld in rubriek 6. - Indien u een maag- of duodenumzweer heeft of heeft gehad. - Indien u bloedingen heeft of heeft gehad. - Tijdens het derde trimester van de zwangerschap. - In het geval van bepaalde zeldzame erfelijke aandoeningen is incompatibiliteit mogelijk met sommige hulpstoffen van het product. WANNEER MOET U EXTRA VOORZICHTIG ZIJN MET DIT MIDDEL? - Indien u lijdt aan ernstig hartlijden, erns Lees het volledige document
SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN 1. NAAM VAN HET GENEESMIDDEL AGGRENOX 200 mg/25 mg capsules met gereguleerde afgifte, hard 2. KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Eén capsule bevat 200 mg dipyridamol (met gereguleerde afgifte) en 25 mg acetylsalicylzuur (met normale afgifte). Hulpstoffen met bekend effect: lactosemonohydraat (53 mg/capsule) - sacharose (11,32 mg/capsule) Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1. 3. FARMACEUTISCHE VORM Capsules met gereguleerde afgifte, hard. 4. KLINISCHE GEGEVENS 4.1 THERAPEUTISCHE INDICATIES Secundaire preventie van ischemische cerebrovasculaire accidenten. 4.2 DOSERING EN WIJZE VAN TOEDIENING Dosering De aanbevolen dosis is tweemaal daags 1 capsule, meestal 1 's morgens en 1 's avonds, met of zonder inname van voedsel. _Pediatrische patiënten_ AGGRENOX wordt niet aanbevolen voor gebruik bij kinderen (zie rubriek 4.4). _Alternatieve behandeling in geval van ernstige hoofdpijn_ Indien ernstige hoofdpijn optreedt aan het begin van de behandeling, kan overgestapt worden naar 1 capsule ’s avonds en een lage dosis acetylsalicylzuur ’s morgens. Aangezien er geen gegevens over de resultaten met deze dosering zijn en de hoofdpijn afneemt bij voortzetting van de behandeling, moeten de patiënten zo snel mogelijk weer het normale doseringsschema volgen, meestal binnen een week (zie rubriek 4.4). Wijze van toediening Oraal gebruik: de capsules moeten zonder kauwen in hun geheel worden ingenomen met een glas water. 4.3 CONTRA-INDICATIES - Overgevoeligheid voor de werkzame bestanddelen, voor een van de in rubriek 6.1 vermelde hulpstoffen, of voor salicylaten. - Patiënten met een actieve maag- of duodenumulcus of met hemorragische stoornissen. - Derde trimester van de zwangerschap (zie rubriek 4.6). - In het geval van bepaalde zeldzame erfelijke ziekten, is incompatibiliteit mogelijk met sommige hulpstoffen van het product (zie rubriek 4.4). 4.4 BIJZONDERE WAARSCHUWINGEN EN VOORZORGEN BIJ GEBRUIK Bloedstollingsstoornissen Vanwege het risico op bloedingen moe Lees het volledige document